Onze Vogezentrip kan meer dan geslaagd worden genoemd. Met 432 km en bijna 9000 hoogtemeters in de benen keerden we gisteren moe maar voldaan terug naar het regenachtige België. In tegenstelling tot vorig jaar hadden we het nu wél getroffen met het weer. Op één enkele bui geen regen gehad, en met aangename temperaturen van rond de 25°C, in het dal kon dit zelfs oplopen tot boven de 30 graden.
Na een autorit zonder problemen en een lasagne als middagmaal konden we zaterdagnamiddag vertrekken voor onze inrijrit. Onze chalet lag iets voorbij het centrum van Travexin, ergens op de Col du Ménil en vlakbij de afslag naar Ventron en de Col D'oderen.
Zaterdag 11 augustus 2007: 51 km/1104 hm: de inrijrit!
De Col D'oderen (D43) wordt ons eerste slachtoffer van deze Vogezen-trip. Ideaal als startcol want een rustige klim zonder uitschieters. Na een snelle afdaling komen we aan in Kruth en draaien we aan de kerk linksaf (D13bis) richting Lac Wildenstein. We hebben nu enkele kilometers plat tot vals plat om ons voor te bereiden op de volgende klim: de Col de Bramont. Met de talrijke haarspeldbochten en de rustige omgeving voor mij één van de mooiste beklimmingen. Boven hergroeperen, wat eten en dan de afdaling naar La Bresse. Even flaneren door het centrum en dan links de Col Du Brabant op. Vooral naar het einde toe beginnen de percentages door te wegen. Afdalen doen we via Xoulces tot in Cornimont. Even buiten het centrum moeten we terug omhoog tot net voorbij Travexin.
Zondag 12 augustus 2007: 90,5 km/1663 hm: "les deux Ballons"
Vandaag gaan we de andere kant uit en mogen we onmiddellijk de klimspieren aanspreken. Al is de Col du Ménil (D486) een twijfelgeval tussen vals plat en een poging tot helling. De afdaling brengt ons in Le Thillot waar we links afslaan en proberen om via de Voie Verte naar Saint-Maurice-sur-Moselle te fietsen, waar we rechts de D465 moeten nemen. Het lukt ons niet onmiddellijk om het fietspad te vinden en dus rijden we maar via de grote weg (N66) naar de voet van de Ballon D'Alsace. De Ballon d'Alsace was op 10 juli 1905 het decor voor de eerste bergetappe in de Tour de France ooit. René Pottier werd er onsterfelijk door als enige zonder af te stappen deze col, toen nog zonder verhard wegdek, te bedwingen met een gemiddelde van 20 km/u. Dat gemiddelde hebben wij, anno 2007, niet gehaald, maar we hebben wel, net als Pottier, geen voet aan de grond moeten zetten. In de afdaling proberen we onze maximum snelheid nog wat aan te scherpen maar een rem-neurotische autobestuurder beslist daar anders over.
Aangekomen in Giromagny pakken we rechts de D12 en maken we ons op voor de Ballon de Servance. De weg blijft op en neer gaan tot in Plancher-Bas waar we aan het rond punt rechts inslaan (D16) om de Ballon de Servance aan ons lijstje toe te voegen. De Servance kent een vrij lange aanloop en de echte klim begint pas wanneer je via een bocht naar links het riviertje de Rahin verlaat. Het wegdek is niet veel soeps en klimmers zoals ik die nogal vaak en lang à la danseuse op de trappers gaan staan voelen het achterwiel regelmatig weg slippen. De klim is vrij onregelmatig waardoor het ook moeilijk is om in het juiste ritme te blijven. Voor mij is dit één van de lastigste, maar ook mooiste, beklimmingen van de streek. In de afdaling is het wegdek van mogelijk nog slechtere kwaliteit dan bij de beklimming. En dat blijft zo tot we aankomen op de Col des Croix. Van hieruit gaat het over de grote weg (D486) verder bergaf tot Le Thillot. Hier beklimmen we terug de Col du Ménil, maar vanuit Le Thillot is die al helemaal het vermelden niet waard. Na een korte afdaling komen we terug aan in Travexin.
Maandag 13 augustus 2007: 153 km/3262 hm: "de koninginnenrit"
De koninginnenrit moet ons vandaag meer dan 3000 hoogtemeters opleveren. We beginnen met de afdaling (D486) tot in Cornimont en krijgen dan vals plat (D43) tot in La Bresse. Via de Col des Feignes (D34/D34d) bereiken we de Col de la Schlucht. Boven slaan we links de D61 in en volgen de Routes des Crêtes, we houden rechts (D48ii) aan en vlammen voorbij Lac Blanc. Beneden vervolgen we onze weg over de D48iv Richting Hohrodberg en bereiken zo Col du Wettstein en Collet du Ligne. Ons klimwerk wordt beloond met een lange, mooie en snelle afdaling naar Munster. Daar slaan we, nog voor we het centrum bereiken, rechts de D10 in en gaan op zoek naar een rustig plekje om te eten. Hierbij passeren we in al onze onoplettendheid Luttenbach.
Nog steeds zonder enig vermoeden dat we afwijken van het geplande parcours volgen we, na een copieuze maaltijd (en een verdiend dutje), in Sondernach de pijl met "Petit Ballon". De klim is vrij lang maar helemaal niet zo steil als door iedereen beschreven. Boven op de Petit Ballon is het even wachten tot we compleet zijn en beginnen we de afdaling. Nu begint het toch te dagen dat we misschien niet meer op het geplande traject zitten. Aan Auberge Ried, met de splitsing Wasserbourg/Luttenbach nemen we de kaart ter hand en is alles opeens duidelijk. We hebben de verkeerde kant beklommen! Geen paniek, en we besluiten de zaak recht te zetten, keren onze karren en krasselen terug naar boven. Boven dalen we af aan de juiste kant. De afdaling laat het niet echt toe maar toch proberen we ons snelheidsrecord nog wat scherper te stellen, evenwel zonder succes. Beneden draaien we links de D27 op en beginnen we onmiddellijk aan de Col du Platzerwasel. De eerste kilometers vallen nog mee, er is zelfs even een vlakker stukje om te recupereren, maar nadien slaat de Platzerwasel echt toe met gemiddelde percentages van 8 à 9%. Wanneer je dit bordje tegenkomt is het nog maar driehonderd meter tot aan de top van de Platzerwasel. Maar eigenlijk kan je best nog twee kilometer doorklimmen tot je Le Breitfirst bereikt.
Helemaal boven nemen we links de D430 en volgen de Routes des Crêtes tot Le Markstein. Ondertussen is het beginnen regenen, onze eerste nattigheid op de fiets en natuurlijk geen regenvest mee! In Le Markstein nemen we rechts de D27 en dalen we af richting het meer van Wildenstein. Het regenen is gestopt maar de temperatuur is gezakt tot amper 13 graden, minder dan de helft dan tijdens de beklimming van de Petit Ballon. Ondanks het natte wegdek halen we vlotjes meer dan 70 km/uur (en worden mijn tenen en vingers meer en meer gevoelloos van de koude) . Beneden is het alle remmen dichtknijpen wanneer we aan het meer links de D13b richting Kruth op moeten. Aan de kerk slaan we rechts af (D43) en beginnen aan de Col d'Oderen. In het dal was de tempertuur al terug wat gestegen tot 18°C. Niet superwarm maar een ideale klimtemperatuur. Het is ook al half acht gepasseerd dus warmer gaat het zeker niet meer worden. Door wegenwerken ligt de Col d'Oderen vol steentjes (gravillons), gelukkig enkel maar bij het klimmen. Deze zijde van de Col d'Oderen is iets lastiger dan vanuit Cornimont: steiler en ook wat meer bochten. De afdaling, waar je goed snelheid kan maken (wel opletten als je door Ventron scheurt) brengt ons terug in Travexin. Die avond wordt er nog maar weinig gezegd, iedereen is moe maar voldaan.
Dinsdag 14 augustus 2007: 96,50 km/1776 hm:
"naar het dak van de Vogezen"
Vandaag zijn we iets later opgestaan en de bedoeling is om vanavond een bezoekje te brengen aan Gérardmer waar ter gelegenheid van La Féérie du Lac een mooi vuurwerk wordt afgestoken. Gezien onze rit van gisteren was iedereen toe aan een recuperatierit. Al is dat natuurlijk relatief met de beklimming van de Grand Ballon. We starten wéér met de Col D'oderen. De wegenwerken zijn in volle gang en halverwege de afdaling moeten we halt houden omdat er alternerend verkeer is. Niet zoals bij ons met (mobiele) verkeerslichten maar met een man die daar van 9 uur 's morgens tot 21 uur 's avonds zijn bordje mag draaien. Door de vele steentjes op het pas aangelegd wegdek dalen we af met de nodige voorzichtigheid. In Kruth slaan we deze keer rechts af (D13bis) en komen zo op de N66. Ook hier nog wat opstoppingen door wegenwerken. Uiteindelijk bereiken we Willer-sur-Thur. Al is die N66 toch geen ideale weg en moet ik dringend op zoek naar een alternatief om de voet van de Grand Ballon te bereiken.
In Willer-sur-Thur slaan we rechts de D13bis in op zoek naar het dak van de Vogezen. Tot Col Amic blijven we samen en rij ik rustig omhoog, waarbij mijn hartslag soms zelfs onder de 100 bpm valt. Maar vanaf Col Amic besluit ik mijn duivels te ontbinden en de al dan niet overmoedige wielertoeristen die mij de voorbije kilometers hebben ingehaald op te peuzelen. Met mijn koffiemolenverzet (30x21) haal ik zelfs meer volk in dan ik had verwacht. Eén renner ziet mij komen, tast naar zijn achterwiel en veinst een technisch mankement. Wanneer mijn fietsmakker hem even later ook passeert heeft ie opeens krampen!?! Beetje flauw.
Boven op de Grand Ballon nemen we een ruime pauze: koffie met "Tarte aux Myrtilles" en nadien nog een fris pintje, kwestie van voldoende koolhydraten binnen te hebben. De afdaling van de Grand Ballon in de richting van Le Markstein blijft zwoegen, ook als is het 20 graden warmer dan vorig jaar, de wind blijft er vrij spel hebben. In Le Markstein draaien we links de D27 af. Vooral naar het einde toe kan je op deze afdaling topsnelheden halen. Maar door de combinatie van een strakke wind en onze idiote regel dat er boven de 60 km/u niet meer mag worden bijgetrapt halen we de 80 km/uur net niet. Aan het meer van Wildenstein besluiten we de Col de Bramont nog eens te onderwerpen. Ook al loopt de weg via La Bresse naar Cornimont naar beneden toch was het hard stoempen om onze snelheid rond de 35 à 40 km/uur te houden. Er was duidelijk meer wind dan de voorbije dagen.
Woensdag 15 augustus 2007: 42 km/986 hm: "de uitzwaairit"
Omdat we vanmiddag terug huiswaarts willen keren doen we vandaag een kort ritje. We nemen de D43 naar Ventron maar rijden de Col d'Oderen niet tot boven. In plaats daarvan beklimmen we de Grand Ventron door even buiten Ventron in een scherpe bocht naar rechts een klein wegje links in te slaan. Eigenlijk gewoon de bordjes "Chaume du Grand Ventron" volgen. Het is een milde klim die naar het einde toe wel flirt met de 10%. Eenmaal boven wacht ons de afdaling naar Xoulces. Het is in zonder twijfel de slechtste afdaling van heel ons verblijf. Putten, gaten, hobbels en op een bepaald moment houdt het wegdek zelfs gewoon even op te bestaan. Met 50 km/uur naar beneden geeft het gevoel dat je tegen de 100 aan zit. In Xoulces beginnen we dan aan de laatste klim van deze fietsvakantie: de Col du Brabant, maar nu vanaf de andere zijde dan bij onze inrijrit. Langs deze kant is het langer en het gemiddeld stijgingspercentage ligt ook iets hoger. De eerste twee kilometer zelfs aan 9%. De afdaling brengt ons in La Bresse en met een losrijtempo rijden we terug naar onze chalet.
Naast het boekje van Alex Polfliet is de "Altigraph - Atlas des cols des Vosges" eigenlijk ook een onmisbaar instrument om je ritten te plannen of 's avonds nog even na te genieten van de overzichtelijke hoogteprofielen. Dit boekje staat in elk geval op mijn wishlist.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten